Beatrixziekenhuis zet plaszakken in voor schoner water
Patiënten van het Beatrixziekenhuis die een CT-scan met contrastvloeistof ondergaan, ontvangen vanaf maandag 6 januari vier plaszakken na afloop van het onderzoek. De plaszakken voorkomen dat de contrastvloeistof via de urine in het water komt. In Nederland komt naar schatting jaarlijks 30 ton contrastvloeistof in het oppervlaktewater terecht.
Hoe komt contrastvloeistof in het water?
Om organen en bloedvaten beter zichtbaar te maken, krijgen patiënten soms voorafgaand aan de CT-scan contrastvloeistof toegediend. Zij plassen dit binnen 24 uur na het onderzoek weer uit. Zo komt de vloeistof in het rioolwater terecht. En uiteindelijk ook in het grond- en oppervlaktewater. Contrastvloeistoffen kunnen namelijk niet volledig worden verwijderd tijdens de waterzuivering.
Plaszakken als oplossing
Dit kan worden voorkomen door patiënten de plaszakken mee naar huis te geven. Na een CT-scan met contrastvloeistof krijgen patiënten vier plaszakken mee. Door hun urine hierin op te vangen, komt de contrastvloeistof niet in het riool terecht. In de zakken zit een speciaal middel waardoor de urine direct na het plassen stolt. Er is dus geen risico op lekkages of nare luchtjes. De zakken mogen bij het restafval worden gedeponeerd.