Neusbloeding
De behandeling
De KNO-arts probeert eerst het gemakkelijk bloedende, oppervlakkig liggende bloedvaatje te vinden. Naar aanleiding van dit onderzoek dat pijnloos verloopt, wordt besloten hoe het bloedende vaatje het beste kan worden behandeld. Deze behandeling kan soms kortdurend pijnlijk zijn. De neus wordt eerst goed schoongemaakt, waarna het slijmvlies van de neus wordt afgeslonken en verdoofd.
De verdoving en het afslinken
Van binnen is de neus gevoelig en soms nauw, zodat het slijmvlies van de neus eerst moet worden verdoofd en afgeslonken. De verdoving en het afslinken, worden meestal gedaan met watjes, die gedrenkt zijn in een verdovende vloeistof (lidocaïne, tetracaïne) en een slijmvliesafslinkende vloeistof (xylometazoline). Al het slijmvlies dat met de verdovingsvloeistof in aanraking komt, raakt verdoofd.
Het inbrengen van de watjes door de KNO-arts doet geen pijn, maar kan een kriebelig, vreemd gevoel en een vieze smaak geven. Soms loopt de verdovingsvloeistof via de neus in de keel, zodat ook de keel enigszins verdoofd wordt. U kunt in dat geval echter normaal slikken en ademen; de keel voelt alleen dik aan, maar is niet werkelijk gezwollen. Vaak zijn ook de boventanden en het gehemelte een tijdje gevoelloos. Het aanbrengen van de verdoving neemt een paar seconden in beslag.
Met de inwerkende verdoving neemt u meestal (indien de ernst van de bloeding dat toestaat) weer plaats in de wachtkamer. Het ademen door de neus is soms dan even niet meer mogelijk. U bent dan aangewezen op mondademhaling.
Na een zo lang mogelijk inwerkperiode (tot 45 minuten) wordt u weer in de spreekkamer geroepen en worden de watjes uit de verdoofde neus gehaald. Grondige inspectie (eventueel met een dun kijkbuisje) en behandeling kunnen nu pas goed plaatsvinden. Dit kan door dichtet¬sen, dichtbranden of door een neustampon (tamponneren) gebeuren. De verdoving is na ongeveer één uur uitgewerkt. Tot die tijd moet u voorzichtig zijn met eten en drinken, omdat u zich gemakkelijk kunt verslikken.
Vormen van behandeling door een KNO-arts
Dichtetsen
Na verdoving van het slijmvlies kunnen met behulp van een etsende vloeistof (bijvoorbeeld trichloorazijnzuur) oppervlakkig gelegen bloedvaatjes vóór op het neustussenschot worden dichtgeëtst. Houd het hoofd heel stil, zodat er geen zure vloeistof op verkeerde plaatsen wordt gemorst. Deze behandeling kan om deze reden ook alleen in niet-bloedende omstandigheid worden uitgevoerd.
U kunt na deze behandeling op eigen gelegenheid naar huis, maar u moet zich uiteraard wel houden aan de eerder genoemde adviezen en gedragsregels. Mogelijk ervaart u na enige uren een branderig/prikkelend gevoel in de neus; hiertegen kunt u paracetamol innemen.
Er kan maar één kant tegelijk worden geëtst, omdat er anders onvoldoende bloedvoorziening van het neustussenschot ontstaat. Moet u aan beide kanten worden geholpen, dan moet u eventueel voor de andere kant een nieuwe afspraak maken.
Dichtbranden
Bij jonge kinderen wordt deze behandeling onder een kortdurende narcose uitgevoerd. Bij volwassenen is lokale verdoving mogelijk. Na verdoving van het slijmvlies van de neus kan met behulp van een klein ‘soldeerboutje’ een enkel bloedend bloedvaatje worden dichtgebrand (coaguleren). Houd het hoofd hierbij heel stil.
U kunt na deze behandeling op eigen gelegenheid naar huis, maar u moet zich uiteraard wel houden aan de eerder genoemde adviezen en gedragsregels.
Mogelijk ervaart u na enige uren een branderig/prikkelend gevoel in de neus; hiertegen kunt u paracetamol innemen.
Op de twee foto’s ziet u het bloedvaatje op
het neustussenschot voor en na het
dichtbranden.
Tamponneren
Soms is het noodzakelijk om de bloeding tot staan te brengen door inbrengen van een zogenaamde neustampon, bijvoorbeeld wanneer de plaats van de bloeding niet exact is vast te stellen en dichtbranden dus niet mogelijk is. Dit heet het tamponneren van de neus en gebeurt heel voorzichtig en precies. Een neustampon moet meestal door een (KNO-)arts uit de neus worden verwijderd na 24-72 uur.
Bij hevige bloeding, met name wanneer deze achter in de neus is gelokaliseerd, wordt soms besloten tot opname in het ziekenhuis. U moet zich uiteraard ook houden aan de eerder genoemde adviezen en gedragsregels.
Zolang de neustampon in de neus zit, kunt u niet door deze neusgang ademen. De hoofdpijn, die dan vrijwel altijd snel ontstaat, kunt u bestrijden met paracetamol.
Neuszalf
Om de korstvorming (met of zonder behandeling) voorzichtig tegen te gaan en de genezing van de neus te bevorderen, krijgt u vaak van de KNO-arts voor een paar weken neuszalf voorgeschreven. Breng de zalf 2 tot 8 maal per dag aan met een wattenstokje of een pink voorzichtig voor in de neus op het neustussenschot. Soms adviseert de KNO-arts om de neus schoon te maken en korstvorming tegen te gaan door deze te spoelen met een keukenzoutoplossing*. Doe dit zo nodig 2-6 maal per dag.
* Een keukenzoutoplossing in de juiste samenstelling kunt u zelf maken door een afgestreken theelepeltje keukenzout op te lossen in een bierglas (2dl) met lauw water dat heeft gekookt.
Aanpassen medicijnen
Bloedverdunnende medicijnen (‘aspirine’-bevattende pijnstillers, zoals aspro, ascal, APC) laten het bloed minder snel stollen. Een kapot bloedvaatje bloedt dan langer door dan normaal.
Staak zo mogelijk het gebruik van deze medicijnen in overleg met de arts die het heeft voorgeschreven. Het gebruik van paracetamol is, als pijnstiller, wel mogelijk zonder dat u daarmee de bloedstolling beïnvloedt.
Moet u op advies van een dokter ascal, sintrom, sintromitis, marcoumar, plavix of persantin als bloedverdunner gebruiken, dan is uw bloedverdunning mogelijk ontregeld (doorgeschoten); laat dit dan controleren bij uw (huis)arts (cardioloog/neuroloog/etc.) die deze medicijnen voorschrijft of bij de trombosedienst.
Neusnevel
Staak in overleg met uw arts (tijdelijk) de medicijnen die u in de neus moet nevelen. Door de kracht van de verneveling kan het slijmvlies beschadigen.
Medicijnen bij hoge bloeddruk
Heeft u een hoge bloeddruk, laat deze dan controleren en gebruik zo nodig medicijnen hiertegen.