Liposuctie
De behandeling
Liposuctie is het onderhuids wegzuigen (suctie) van abnormale vetophoping (lipo).
Abnormale vetophopingen kunnen ontstaan op plaatsen als de hals, buik, heupen, billen, bovenbenen, knieën en onderbenen. Ze worden veroorzaakt door een verhoogd aantal vetcellen op deze plaatsen. Op de rest van het lichaam is de vetlaag normaal. Deze abnormale vetstapeling komt alleen voor bij mensen die er aanleg voor hebben.
Een belangrijke voorwaarde voor liposuctie is dat de huid voldoende elastisch is. Is de huid dat niet en is er bovendien sprake van cellulitis (sinaasappelhuid) dan kan de abnormale vetafzetting worden verwijderd door middel van dermolipectomie (dermo betekent huid en lipectomie betekent het wegsnijden van vet).
Het nadeel van deze operatie is dat er lange littekens achterblijven.
Liposuctie en dermolipectomie zijn plastisch chirurgische behandelingen. Alleen kleine contourafwijkingen, bijvoorbeeld overtollig vet in de hals, worden behandeld onder plaatselijke verdoving op de polikliniek Plastische Chirurgie. Voor grotere ingrepen moet u meestal één of meerdere dagen in het ziekenhuis blijven.
Mogelijkheden en verwachtingen
Liposuctie is een techniek om plaatselijk overtollig vet te verwijderen. Het is geen middel om te vermageren. Als u overal te dik bent (gegeneraliseerde obesitas) dan kunt u geen gebruikmaken van deze methode, maar bent u aangewezen op een dieet.
Liposuctie biedt contourverbetering, maar zeker geen perfectie. Soms is het heel moeilijk om een symmetrisch resultaat te krijgen. Daarnaast kunnen bestaande onregelmatigheden in de huid niet worden gecorrigeerd. Het kan ook voorkomen dat het huidoppervlak door de operatie juist onregelmatig wordt. Dat komt omdat liposuctie een moeilijk te doseren methode is. De plastisch chirurg heeft niet precies in de hand hoeveel vet ter plaatse wordt weggezogen.
Vergoeding
Een liposuctie moet u meestal zelf betalen. De drukkleding die u na de operatie moet dragen, komt eveneens voor eigen rekening. De plastisch chirurg geeft u van tevoren een opgave van de kosten.
Voor de behandeling
Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt (bijvoorbeeld marcoumar, sintrom, aspirine, Ascal, etc.), moet u dit melden tijdens het eerste gesprek met uw plastisch chirurg. De plastisch chirurg bepaalt wanneer u voor uw operatie moet stoppen met het innemen van deze medicijnen en zal dit met u bespreken. De plastisch chirurg bepaalt wanneer u weer met uw bloedverdunnende medicijnen mag starten.
Roken vergroot de kans op problemen bij de wondgenezing. Uw chirurg raadt u daarom aan om enkele weken voor de operatie volledig te stoppen met roken.
Gesprek met de anesthesioloog
- Om er zeker van te zijn dat u de operatie lichamelijk aankunt, onderzoekt de anesthesioloog u een aantal weken voor de operatie. Dit is de preoperatieve screening;
- Als het nodig is, wordt u lichamelijk onderzocht. Het onderzoek kan uitgebreid worden met aanvullend onderzoek zoals bloedonderzoek, ECG (hartfilmpje) en longfoto;
- Soms is het nodig dat ook andere specialisten uw conditie beoordelen, bijvoorbeeld een internist, cardioloog of longarts.
Voorbereidingen thuis
- Neem alle medicijnen die u gebruikt, in de originele verpakking, mee naar het ziekenhuis op de dag van uw opname;
- Neemt u de drukkleding mee als dit met u is afgesproken;
- Brengt u naast uw nachtkleding en toiletartikelen, ook pantoffels of slippers mee;
- Op de dag van operatie mag u geen bodylotion gebruiken;
- We vragen u uw sieraden thuis te laten en uw piercings uit te doen;
- Op de dag van de operatie mag u geen make-up en nagellak dragen;
- Als u kunstharsnagels draagt gelden de volgende regels. Zijn de kunstharsnagels blank gelakt, dan hoeft u ze niet te verwijderen. Zijn de kunstharsnagels niet blank gelakt, dan moet u één nagel per hand verwijderen;
- Houdt u er rekening mee dat u geen contactlenzen, bril, gehoorapparaten of kunstgebit mag dragen op de operatiekamer.
Nuchter zijn
Voor deze operatie moet u nuchter zijn. De regels over nuchter zijn leest u bij nuchterheidscriteria.
De dag van de operatie
- U meldt zich op het afgesproken tijdstip op de verpleegafdeling. De verpleegkundige legt u de gang van zaken op de verpleegafdeling uit en controleert de gegevens die tijdens uw intakegesprek zijn genoteerd. Als er geen intakegesprek plaatsgevonden heeft, stelt de verpleegkundige u nog een aantal vragen over uw gezondheid;
- Vooraf is niet aan te geven op welke kamer u komt te liggen. Dit is afhankelijk van de beschikbare bedden die er op het moment van uw opname zijn;
- Op de afdeling wordt gemengd verpleegd. Dit betekent dat mannen en vrouwen op dezelfde kamer kunnen liggen;
- Wanneer u drukkleding moet dragen na de operatie en deze aangemeten is, dient u deze zelf mee te nemen op de dag van de opname.
Voor de operatie
- Vooraf zal de plastisch chirurg het operatiepatroon op uw lichaam aftekenen. Daarom wordt u ruim voor de operatietijd opgenomen.
- De verpleegkundige geeft u voorbereidende medicijnen voor de anesthesie (narcose). Dit heet de premedicatie. De premedicatie bestaat vaak uit een rustgevend medicijn en een pijnstiller;
- Daarna krijgt u een operatiehemd aan. De verpleegkundige brengt u vervolgens met bed naar de voorbereidingsruimte van de operatie-afdeling;
- Op de voorbereidingsruimte krijgt u een infuus en wordt u gecontroleerd door de monitor. Van hieruit wordt u naar de operatiekamer gebracht. De anesthesioloog geeft u hier de anesthesie.
Tijdens de behandeling
- Liposuctie vindt meestal plaats onder narcose. Via kleine sneetjes op onopvallende plaatsen zoals bestaande huidplooien, wordt het te opereren gebied 'opgespoten' met een vloeistof die het wegzuigen van de vetcellen vergemakkelijkt en bloedverlies vermindert;
- Als de vloeistof is ingewerkt brengt de arts een zuigbuis via de huidsnede(s) in. Deze zuigbuis is aangesloten op een krachtige zuigpomp. Het overtollige vetweefsel kan nu worden weggezogen;
- Wanneer het gewenste resultaat bereikt is, worden de huidsnede(s) gehecht.
Na de behandeling
U wordt wakker op de verkoeverkamer (uitslaapkamer). Uw hartslag en bloeddruk worden regelmatig gemeten. De verpleegkundige let op nabloeden van de wond. Als het nodig is, krijgt u medicijnen tegen de pijn en/of misselijkheid. Zodra u goed wakker bent en de controles goed zijn, wordt u naar de verpleegafdeling teruggebracht.
Als u niet misselijk bent, mag u weer eten en drinken. U hoort van de verpleegkundige wanneer het infuus verwijderd mag worden. Om trombose te voorkomen, krijgt u na de operatie ’s avonds een injectie met een bloedverdunnend medicijn. Als u dezelfde dag naar huis mag, krijgt u deze injectie voordat u naar huis gaat.
De drukkleding moet u gedurende vier tot zes weken dag en nacht dragen. De arts bepaalt wanneer u deze drukkleding even uit mag doen, wanneer u deze toestemming heeft is het ook toegestaan om te douchen.
Gedurende enkele weken na de operatie kunt u last hebben van pijnlijke bloeduitstortingen, een gezwollen huid en een beurs gevoel. Rond de enkels kan vochtophoping ontstaan, maar dit trekt na ongeveer twee tot zes weken vanzelf weg.
Bij ontslag uit het ziekenhuis wordt een afspraak gemaakt voor controle op de polikliniek Plastische Chirurgie. Tijdens dit bezoek worden de drukkleding/het verband en zo nodig de hechtingen verwijderd.
Mogelijke complicaties/risico's
- Liposuctie heeft dezelfde risico's als elke andere operatie. Er bestaat een kans op een nabloeding of er kan een infectie optreden. Uw gezondheid en de duur van de operatie kunnen een risico zijn voor het optreden van een trombosebeen of longembolie. Dit komt gelukkig zelden voor;
- Direct na de ingreep is de huid gezwollen, verkleurd en gevoelig. Daarna kunnen nog restzwellingen aanwezig zijn en soms verhardingen die pas na weken of soms maanden verdwijnen;
- Ook kan de huid tijdelijk gevoelloos zijn. Het definitieve resultaat van een liposuctie kunt u pas beoordelen na zes tot negen maanden;
- Een enkele keer is niet al het overtollige vetweefsel verwijderd, of is het resultaat erg asymmetrisch. Dan is het noodzakelijk nog een aanvullende liposuctie uit te voeren.
U moet een arts waarschuwen:
- Als de wond fors gaat bloeden;
- Bij toenemende pijn;
- Bij optreden van zwelling;
- Als u koorts heeft boven de 38.5°C;
- Als de pleisters gaan jeuken, ruiken of uitslag veroorzaken;
- Bij ongerustheid.
Tijdens kantooruren moet u contact opnemen met de polikliniek Plastische Chirurgie, tel. (0183) 64 46 92.
Buiten kantooruren moet u contact opnemen met de Spoedeisende Hulp van het Beatrixziekenhuis via het algemene nummer van het Beatrixziekenhuis, tel (0183) 64 44 44. De Spoedeisende Hulp neemt zo nodig contact op me de dienstdoende plastisch chirurg.
Leefregels na de behandeling
- Overdag ieder uur wat lopen;
- Geen zwaar en inspannend werk verrichten;
- Niet sporten gedurende de eerste zes weken na de ingreep;
- Normale lichaamsbeweging is toegestaan;
- Na gemiddeld twee weken kunt u voorzichtig beginnen met werken. Dit is afhankelijk van de plaats waar u geopereerd bent, de grootte van de operatie en de zwaarte van uw werkzaamheden.
Contact
Op deze pagina's hebben wij u ingelicht over de operatie en de nabehandeling. Een dergelijke beschrijving kan echter nooit volledig zijn. Ook komt deze beschrijving niet in plaats van een gesprek met uw arts. De plastisch chirurg zal steeds bereid zijn om u persoonlijk één en ander uit te leggen en op uw vragen in te gaan.
Aan deze informatie kunt u geen garantie ontlenen betreffende resultaten. Garantie op de resultaten of op een ongestoord beloop kunnen wij u nimmer geven. Complicaties kunnen altijd optreden. Soms is het noodzakelijk om een aanvullende operatie uit te voeren voor het verkrijgen van een goed eindresultaat.
Mocht u nog vragen hebben, dan kunt u telefonisch contact opnemen met de polikliniek Plastische Chirurgie, tel. (0183) 64 46 92.
Buiten kantooruren moet u contact opnemen met Spoedeisende Hulp van het Beatrixziekenhuis via het algemene nummer (0183) 64 44 44. De Spoedeisende Hulp neemt zo nodig contact op met de dienstdoende plastisch chirurg.