Borstvergroting
De behandeling
De plastisch chirurg heeft met u besproken dat u een borstvergrotende operatie zult krijgen. Op deze pagina geven we u informatie over borstvergroting en prothesen. Ook geven we informatie over de operatie, de voorbereiding en de adviezen na de operatie.
Wanneer een borstvergroting?
Het is niet eenvoudig aan te geven welke vrouwen voor een borstvergrotende operatie kiezen. De wens om grotere of steviger borsten te hebben leeft echter bij veel vrouwen. Jaarlijks worden in Nederland meer dan drieduizend borstvergrotende operaties uitgevoerd. De borsten kunnen al sinds de puberteit klein of onderontwikkeld zijn. Soms neemt het volume van de borsten af na een zwangerschap of zijn de borsten slapper en kleiner geworden na een vermageringsdieet.
Er zijn geen duidelijke leeftijdsgrenzen voor een borstvergrotende operatie, maar de operatie zal niet snel worden uitgevoerd vóór het achttiende levensjaar. Het is belangrijk dat de borstvergrotende operatie uw persoonlijke keuze is. Het moet geen wens zijn van mensen in uw omgeving (bijvoorbeeld van uw partner). Een borstvergrotende operatie biedt meestal geen oplossing voor sociale of seksuele problemen.
Prothesen
De meest eenvoudige, effectieve en duurzame mogelijkheid om borsten te vergroten, is met behulp van kunststof prothesen. De prothesen bestaan uit een zakje van siliconenrubber, gevuld met siliconengel. Over het gebruik van siliconen bestaan veel misverstanden: onderzoek heeft nooit aangetoond dat siliconen een schadelijk effect hebben op de gezondheid. De Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie, waarvan vrijwel alle plastisch chirurgen in Nederland lid zijn, is dan ook van mening dat een borstvergroting met siliconen een verantwoorde medische ingreep is.
Voor- en nadelen
Zoals bij iedere andere operatie moeten de voordelen van een borstvergroting goed worden afgewogen tegen de nadelen en de risico's. Uw arts bespreekt dit uitvoerig met u.
De tepels kunnen na de operatie zowel gevoeliger als minder gevoelig zijn. Meestal herstelt het gevoel zich binnen enkele maanden. Dit is echter niet altijd het geval.
De functie van de borsten wordt door een prothese in principe niet belemmerd. Zo blijft ook het geven van borstvoeding mogelijk. De borstprothesen worden onder het klierweefsel of onder de borstspier geplaatst. De plastisch chirurg zal de plaats van de prothese met u bespreken.
Onderzoek naar knobbeltjes of andere afwijkingen blijft goed uitvoerbaar.
De levensduur van prothesen kan beperkt zijn. We raden u aan om in ieder geval tien jaar na uw operatie weer een afspraak te maken met een plastisch chirurg.
Resultaten
Een borstvergroting is een veilige en betrouwbare operatie. Veel vrouwen zijn tevreden over de resultaten, maar toch kan er soms wat te wensen over blijven. Er blijven altijd littekens, ook al vallen die meestal weinig of niet op. Wij kunnen geen garanties geven voor een goed resultaat of voor volledige symmetrie van de borsten. Soms is een tweede operatie nodig om een optimaal resultaat te bereiken. Dit brengt extra kosten met zich mee die meestal niet door de verzekering worden vergoed.
Vergoeding
In de meeste gevallen wordt een borstvergrotende operatie niet vergoed door de ziektekostenverzekeraars. Alleen in uitzonderlijke gevallen wil de verzekeraar de kosten dragen. De medisch adviseur van uw verzekering zal u dan oproepen om te beoordelen of de operatie voor vergoeding in aanmerking komt. U moet er dus van uit gaan dat u de operatie zelf moet betalen. Uw plastisch chirurg informeert u over de totale kosten van de operatie.
Voor de behandeling
Voorbereiding
De plastisch chirurg overlegt met u over de grootte van de in te brengen prothese. Verder bespreekt de chirurg met u waar de littekens komen. Meestal vallen de littekens door hun plaats en kleur nauwelijks op.
Voorbereiding op de operatie
- Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt (bijvoorbeeld marcoumar, sintrom, aspirine, etc.), moet u dit melden tijdens het eerste gesprek met uw plastisch chirurg. De plastisch chirurg bepaalt wanneer u voor uw operatie moet stoppen met het innemen van deze medicijnen en zal dit met u bespreken. Soms moet er nog bloed afgenomen worden. De plastisch chirurg spreekt ook met u af wanneer u weer uw bloedverdunnende medicijnen mag gaan gebruiken.
- Roken vergroot de kans op problemen bij de wondgenezing. Uw plastisch chirurg raadt u daarom aan om enkele weken voor de operatie volledig te stoppen met roken.
Gesprek met de anesthesioloog
- Om er zeker van te zijn dat u de operatie lichamelijk aankunt, onderzoekt de anesthesioloog u een aantal weken voor de operatie. Dit is de preoperatieve screening.
- Als het nodig is, wordt u lichamelijk onderzocht. Het onderzoek kan uitgebreid worden met aanvullend onderzoek zoals bloedonderzoek, ECG (hartfilmpje) en longfoto.
- Soms is het nodig dat ook andere specialisten uw conditie beoordelen, bijvoorbeeld een internist, cardioloog of longarts.
Voorbereidingen thuis
- Neemt u alle medicijnen die u gebruikt in de originele verpakking mee naar het ziekenhuis op de dag van uw opname.
- Brengt u naast uw nachtkleding en toiletartikelen, ook pantoffels of slippers mee. Op de dag van de operatie mag u geen bodylotion gebruiken.
- We vragen u uw sieraden thuis te laten en uw piercings uit te doen. Op de dag van de operatie mag u geen make-up en nagellak dragen.
- Als u kunstharsnagels draagt gelden de volgende regels: zijn de kunstharsnagels blank gelakt, dan hoeft u ze niet te verwijderen. Zijn de kunstharsnagels niet blank gelakt, dan moet u één nagel per hand verwijderen.
- Houdt u er rekening mee dat u geen contactlenzen, bril, gehoorapparaten of kunstgebit mag dragen op de operatiekamer.
- We raden u aan om voor de eerste week na thuiskomst (zelf) hulp te regelen.
Nuchter zijn
Voor deze operatie moet u nuchter zijn. Meer informatie vindt u onder ‘Nuchterheidscriteria’.
Tijdens de behandeling
De dag van de operatie
U meldt zich op het afgesproken tijdstip op de verpleegafdeling. De verpleegkundige legt u de gang van zaken op de verpleegafdeling uit en controleert de gegevens die tijdens uw intakegesprek zijn genoteerd. Als er geen intakegesprek heeft plaatsgevonden, stelt de verpleegkundige u nog een aantal vragen over uw gezondheid.
Vooraf is niet aan te geven op welke kamer u komt te liggen. Dit is afhankelijk van de beschikbare bedden die er op het moment van uw opname zijn. Op de afdeling wordt gemengd verpleegd. Dit betekent dat mannen en vrouwen op dezelfde kamer kunnen liggen.
Voor de operatie
Voor de operatie zal de plastisch chirurg het operatiepatroon op de borsten tekenen. Daarom wordt u ruim voor de operatietijd opgenomen. De verpleegkundige geeft u voorbereidende medicijnen voor de anesthesie (narcose). Dit heet de premedicatie. Daarna krijgt u een operatiehemd aan. De verpleegkundige brengt u vervolgens met bed naar de operatieafdeling. Op de operatieafdeling wordt een infuus ingebracht. De anesthesioloog geeft u de algehele anesthesie.
De operatie
Een borstvergrotende operatie wordt meestal in dagbehandeling verricht. De plastisch chirurg zal dit met u bespreken. De operatie gebeurt onder algehele anesthesie (narcose).
Een borstvergrotende operatie duurt gemiddeld één tot twee uur. De prothesen worden meestal via een snede in de huidplooi onder de borst ingebracht. De prothesen worden tussen de borstklieren en de borstspier geplaatst, of onder de borstspier direct op de ribben. De plastisch chirurg bespreekt met u wat de meest geschikte methode voor u is.
Aan het eind van de operatie worden uw borsten verbonden met een steungevend verband of BH. In het wondgebied worden soms twee drains (dunne slangetjes) aangebracht. Via de slangetjes wordt het wondvocht uit het operatiegebied afgevoerd.
Na de behandeling
Na de operatie
U wordt wakker op de verkoeverkamer (uitslaapkamer). Uw hartslag en bloeddruk worden regelmatig gemeten. De verpleegkundige let op nabloeden van de wond. Als het nodig is, krijgt u medicijnen tegen de pijn en/of misselijkheid. Zodra u goed wakker bent en de controles goed zijn, wordt u naar de verpleegafdeling teruggebracht.
Als u niet misselijk bent, mag u weer eten en drinken. U hoort van de verpleegkundige wanneer het infuus verwijderd mag worden. Om trombose te voorkomen, krijgt u na de operatie ’s avonds een injectie met een bloedverdunnend medicijn. Als u dezelfde dag naar huis mag, krijgt u deze injectie voordat u weggaat.
In sommige gevallen schrijft de plastisch chirurg antibiotica voor. U krijgt dan een recept mee. De arts beslist wanneer de drains verwijderd kunnen worden. Als de drains verwijderd zijn, mag u meestal naar huis.
Weer thuis
Na een borstvergrotende operatie voelen de borsten soms pijnlijk en gespannen aan. Dit wordt na een paar dagen minder. Het verband of de BH moet u laten zitten tot de eerste controle op de polikliniek. Douchen mag, maar alleen als u het verband absoluut droog houdt.
Bij ontslag uit het ziekenhuis wordt een afspraak gemaakt voor controle op de polikliniek Plastische Chirurgie. Tijdens dit bezoek wordt het verband en zo nodig de hechtingen verwijderd. Op de polikliniek Plastische Chirurgie kunt u eventueel een passende bh kopen. We raden u aan om de eerste vier tot zes weken na de operatie dag en nacht een bh te dragen.
Mogelijke complicaties/risico's
Net als bij elke andere operatie kunnen zich bij een borstvergroting complicaties voordoen:
- Een wond kan nabloeden of er kan een infectie optreden. In zeldzame gevallen wordt een prothese afgestoten.
- De littekens kunnen na de operatie tijdelijk rood en dik worden. Een gestoorde wondgenezing kan een blijvend breed litteken veroorzaken.
- Het lichaam vormt om elke ingebrachte prothese een bindweefsellaagje. Dit laagje wordt ook wel kapsel genoemd. Soms trekt het kapsel zich samen, waardoor de borsten hard en onnatuurlijk rond worden. Het is onmogelijk te voorspellen bij wie dit gebeurt. Het komt wel voor dat er een verschil in kapselvorming is tussen twee borsten van dezelfde patiënt. Deze complicatie wordt veel onderzocht, maar er is nog geen oorzaak of behandeling voor gevonden. Wel wordt steeds meer gebruik gemaakt van protheses met een ‘ruwe’ buitenkant, waarbij overmatige kapselvorming minder lijkt voor te komen. In zeldzame gevallen gaat een prothese kapot. Soms is dit te merken omdat er iets 'knapt' en omdat de borst anders aanvoelt of van vorm is veranderd. Een kapotte prothese moet altijd vervangen worden.
- Uw gezondheid en de duur van de operatie kunnen een risico zijn voor het optreden van een trombosebeen of longembolie.
- Verder zijn er de ‘normale’ risico's van de anesthesie (narcose). Deze risico's zijn niet groter of kleiner dan bij een andere operatie. De anesthesioloog zal dit met u bespreken.
Leefregels na de behandeling
De eerste zes weken na uw operatie mag u:
- Uw armen niet hoog boven het hoofd brengen of hoog zijwaarts optillen. Niet opdrukken of optrekken.
- Niet zwaar tillen.
- Niet sporten.
- U moet gedurende één jaar de littekens beschermen tegen de zon/zonnebank (door de littekens af te dekken). Alle bewegingen die u pijnloos kunt uitvoeren, gewoon doen.
U kunt de littekens soepeler maken door voorzichtig uw borsten met een crème of lotion te masseren. De verpleegkundige op de polikliniek geeft u hierover de instructies.
Na overleg met de plastisch chirurg kunt u weer gaan werken.
Een arts waarschuwen
Het is nodig dat u een arts waarschuwt:
- Als de wond fors gaat bloeden.
- Bij toenemende pijn.
- Bij optreden van zwelling.
- Als u koorts heeft boven de 38.5°C.
- Als de pleisters gaan jeuken, ruiken of uitslag veroorzaken.
- Bij ongerustheid.
Tijdens kantooruren moet u contact opnemen met de polikliniek Plastische Chirurgie, tel. (0183 ) 644692.
Tijdens kantooruren moet u contact opnemen met Spoedeisende Hulp van het ziekenhuis met het algemene nummer van het Beatrix ziekenhuis, tel. (0183) 644444. De Spoedeisende Hulp neemt indien nodig contact op met de dienstdoende plastisch chirurg.
Contact
Op deze pagina hebben wij u ingelicht over de operatie en de nabehandeling. Een dergelijke beschrijving kan echter nooit volledig zijn. Garantie op de resultaten of op een ongestoord verloop kunnen wij u niet geven. Complicaties kunnen altijd optreden. Ook komt deze beschrijving niet in plaats van een gesprek met uw arts. De plastisch chirurg zal steeds bereid zijn om u persoonlijk één en ander uit te leggen en op uw vragen in te gaan.
Als u binnen 72 uur na ontslag uit het ziekenhuis klachten krijgt, of als u iets wilt vragen, bel dan onderstaande telefoonnummers.
Maandag tot en met vrijdag tussen 07.00 uur en 20.00 uur
De afdeling dagbehandeling D1 via (0183) 64 47 52
In de nacht tussen 20.00 uur en 07.00 uur, in het weekend en op feestdagen
De huisartsenpost via (0183) 64 64 10
De medewerkers van de huisartsenpost zijn opgeleid om te beoordelen welke zorg u nodig heeft. U ontvangt een advies of wordt doorverbonden. Na 72 uur kunt u contact opnemen met uw eigen huisarts
Verantwoording tekst
De informatie op deze pagina is gebaseerd op voorlichtingsmateriaal van de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie; Patiëntenfolders - Borstvergroting.