Blijf zoveel mogelijk bewegen zoals u al gewend was
Het is belangrijk om te blijven bewegen zoals u gewend was. Als het nodig is, dan past u de hoeveelheid beweging aan. Of beweegt u lichter.
Bent u niet gewend dagelijks te bewegen?
Ga dan meer bewegen. Dat is goed voor uw conditie en kracht. Voorbeelden om meer te bewegen zijn:
- Loop vaker trap.
- Ga iedere dag 30 minuten bewegen. Denk u daarbij aan wandelen of fietsen op een stevig tempo.
- U kunt ook spieroefeningen doen voor de armen en benen.
Houd rekening met lichamelijke beperkingen en vermoeidheid. De belasting van het bewegen mag best zwaar zijn. Het is normaal dat u een paar uur vermoeid bent na bewegen. Probeer inspanning en ontspanning zoveel mogelijk af te wisselen. Vermoeidheid kan zowel het gevolg zijn van inactiviteit als van structureel over uw grenzen gaan.
Blijf in beweging
Ga dus niet de hele dag zitten of liggen. Uw conditie wordt dan heel slecht. Na één week niet bewegen bent u 5 tot 10 % van uw spieromvang kwijt. Probeer dus regelmatig verdeeld over de dag te bewegen.
Wanneer conditie opbouwen of onderhouden niet lukt
Lukt het u niet om uw conditie te onderhouden of te verbeteren? Of heeft u vragen over wat wel en niet mag en kan? Dan kunt u hulp krijgen van een fysiotherapeut. Hieronder leggen we uit wat voor hulp een fysiotherapeut u kan bieden.
Mogelijkheden fysiotherapie voor en tijdens uw behandeling tegen kanker
- Eén afspraak met de fysiotherapeut waarin u adviezen krijgt. Daarna gaat u zelf met de trainingsadviezen aan de slag. Dit is vooral voor mensen die al regelmatig sporten.
- Een paar afspraken waarin u hoort wat u kunt doen. De fysiotherapeut geeft u dan adviezen en legt uit wat u kunt doen. U loopt, fietst, oefent of traint vervolgens zelf in een sportschool.
- Een trainingstraject bij onze fysiotherapeuten. Hierbij traint u 2 keer per week tot uw behandeling begint. Of u traint in de periode waarin u een behandeling zoals chemotherapie krijgt.
- Als het nodig is, kunt u ook hulp krijgen van een diëtist en/of ergotherapeut. De diëtist kan u helpen met uw voeding. De ergotherapeut kan u begeleiden om weer aan het werk te gaan. En om balans te vinden tussen inspanning en rust. Dit kan nog wel eens uit balans raken en voor vermoeidheid zorgen.
