Borstkanker voorstadium (DCIS)

Bij u is een voorstadium van borstkanker ontdekt. Dit kan veel vragen en emoties oproepen. In korte tijd krijgt u veel informatie. Het is niet makkelijk om alle informatie te onthouden. In deze folder kunt u alles nog eens rustig nalezen. 

Hieronder leest u tips voor een goed gesprek met uw arts of andere zorgverlener.

• Neem altijd iemand mee naar uw afspraak. Twee mensen horen meer dan één. Het is ook fijn om iemand naast u te hebben voor emotionele ondersteuning.
• Schrijf uw vragen vooraf op. Neem deze vragen mee naar het ziekenhuis. Zo vergeet u niets te vragen.
• Op de websites www.b-bewust.nl en www.3goedevragen.nl vindt u voorbeeldvragen die u kunt stellen.
• Maak tijdens het gesprek aantekeningen. Of vraag of u het gesprek mag opnemen. Dan kunt u het later nog eens nalezen of beluisteren.
• Via www.mijnrivas.nl kunt u uw dossier inzien. U vindt hier ook een overzicht van al uw afspraken.

In uw borst zitten melkklieren. Elke melkklier is via melkbuisjes verbonden met de tepel. Melkbuisjes worden ook wel melkgangen genoemd. Om de tepel zit een rondje van donkerdere huid: de tepelhof (zie Afbeelding 1). Rondom de melkklieren en de melkgangen zit vetweefsel. Er zit ook bindweefsel in de borst. Dat geeft de borst stevigheid. Achter de borst zitten de borstspier en de ribben. De borstspier is onderdeel van de borstwand. De borst hangt aan de borstspier.

Het meest bekende voorstadium van borstkanker is Ductaal Carcinoom In Situ. Dit noemen we afgekort DCIS. Bij DCIS zitten er kwaadaardige cellen in de melkbuisjes van de borst (zie afbeelding 2). De melkbuisjes van de borst worden ook wel melkgangen genoemd. De kwaadaardige cellen zitten nog op één plek. Ze groeien niet in het omliggende weefsel.

DCIS wordt vaak ontdekt bij het bevolkingsonderzoek borstkanker. Zonder behandeling kan het uitgroeien tot borstkanker. Om dit te voorkomen is er meestal een behandeling nodig. Over het algemeen is DCIS goed te genezen. De overlevingskansen van vrouwen met een DCIS zijn erg goed.

Verschil tussen borstkanker en DCIS
Borstkanker groeit door in het omliggende weefsel. En kan uitzaaien naar andere plekken in het lichaam. Uitzaaien betekent dat de kwaadaardige cellen losraken van de tumor. En ergens anders in het lichaam terecht komen. Een voorstadium van borstkanker groeit niet door in de omliggende weefsels. En kan niet uitzaaien.

Groeisnelheid van DCIS
De patholoog (een arts die weefsel en cellen onderzoekt) vergelijkt de kwaadaardige cellen in het weggehaalde weefsel met gezonde cellen. Deze vergelijking wordt ook wel ‘gradering’ genoemd. Dit zegt iets over hoe snel de kwaadaardige cellen groeien. Hieronder leggen we dit verder uit.

• Graad 1
  De kwaadaardige cellen lijken voor een groot deel op gezonde cellen. Ze groeien meestal langzaam.
• Graad 2
  De kwaadaardige cellen lijken steeds minder op gezonde cellen. Ze groeien meestal sneller dan gezonde cellen.
• Graad 3
  De kwaadaardige cellen lijken (bijna) niet meer op gezonde cellen. Ze groeien veel sneller dan gezonde cellen. Vrouwen met een DCIS graad 3 hebben een grotere kans dat DCIS uitgroeit tot borstkanker. Bij vrouwen met DCIS graad 1 en 2 is die kans heel klein.

Bijvoorbeeld een MRI-scan. Is extra onderzoek bij u nodig? Dan bespreekt uw arts of verpleegkundig specialist dat met u. U krijgt dan ook meer uitleg over dit onderzoek.

Om u zo goed mogelijk te behandelen, bespreken wij de uitslagen van al uw onderzoeken in de oncologiebespreking. Tijdens dit overleg is het hele team dat borstafwijkingen behandelt aanwezig. Dit team bestaat uit een chirurg, een plastisch chirurg, een verpleegkundig specialist, een oncoloog, een radioloog en een bestralingsarts. In deze bespreking maken wij voor u een behandelvoorstel. We doen dit op basis van de landelijke richtlijn voor de behandeling van borstkanker. Het behandelvoorstel bespreekt de arts of verpleegkundig specialist met u.

Vroeger bepaalde de arts wat de beste behandeling was. Nu weten we dat het belangrijk is dat u als patiënt meebeslist over uw behandeling. De arts of verpleegkundig specialist bespreekt de verschillende behandelopties met u. Iedere behandeling heeft bijwerkingen. En kan gevolgen hebben op de langere termijn. Vertel ons daarom wat voor u belangrijk is. Zodat u samen met uw arts of verpleegkundig specialist beslist welke behandeling het beste bij uw situatie past.

Er zijn verschillende soorten operaties.

• Borstsparende operatie
  Bij een borstsparende operatie houdt u uw borst(en). Na een borstsparende operatie is er bijna altijd bestraling nodig. Bij bestraling wordt straling gebruikt om kwaadaardige cellen die misschien zijn achtergebleven te doden. Hierdoor wordt de kans kleiner dat DCIS terugkomt in uw geopereerde borst.
• Borstamputatie (eventueel met borstreconstructie)
  Bij een borstamputatie wordt de borst weggehaald. Bestraling is daarna niet nodig.

Bestraling
Bestraling wordt ook wel radiotherapie genoemd. Bij bestraling wordt straling gebruikt om kwaadaardige cellen kapot te maken. Na een borstsparende operatie volgt bijna altijd bestraling. Na een borstamputatie niet.

Soms kunt u kiezen tussen een borstsparende operatie en een borstamputatie. Om u te helpen bij deze keuze, bieden wij u een online keuzehulp aan. Zo kunt u zich voorbereiden op het gesprek met uw zorgverlener. Samen kiest u wat het beste bij u past. In het ziekenhuis vertellen wij u meer over deze keuzehulp.

Dan kunt u betrouwbare informatie vinden op de websites www.kanker.nl en www.borstkanker.nl. Ook kunt u via deze websites in contact komen met andere vrouwen die DCIS hebben (gehad).

Om kanker te kunnen bestrijden willen artsen en onderzoekers er alles over weten. De gegevens van alle patiënten met (een voorstadium van) kanker in Nederland worden daarom verzameld. De gegevens worden bewerkt. Daardoor zijn ze niet te herleiden naar een persoon. Elk ziekenhuis, dus ook het Beatrixziekenhuis, heeft hiervoor toestemming gegeven. Als u dit niet wilt dan kunt u dat laten weten bij het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL). U kunt een e-mail sturen naar: fg@iknl.nl of een brief sturen naar:
Integraal Kankercentrum Nederland t.a.v. de functionaris gegevensbescherming, Postbus 19079 3501 DB, Utrecht.

• Drs. T.G. Frakking (chirurg)
• Dr. S.C. de Jong (chirurg)
• Sandra den Besten (verpleegkundig specialist)
• Petra de Jongh (mammacare-verpleegkundige)
• Mathilde van Zijtveld (mammacare-verpleegkundige)

De mammacare-verpleegkundige is uw aanspreekpunt
Een mammacare-verpleegkundige is een verpleegkundige die gespecialiseerd is in de zorg voor mensen met borstkanker en andere borstafwijkingen. U kunt bij haar terecht met uw vragen en zorgen. Tijdens de gesprekken met uw arts is de mammacare-verpleegkundige aanwezig. Zij is op de hoogte van uw persoonlijke situatie.

Bereikbaarheid mammacare-verpleegkundige
Uw mammacare-verpleegkundige is bereikbaar op maandag, woensdag, donderdag en vrijdag tussen 08.00 en 15.00 uur via telefoonnummer (0183) 644818.

Is de mammacare-verpleegkundige niet bereikbaar? Bel dan de polikliniek Chirurgie. De polikliniek is bereikbaar van 8.30 uur tot 11.30 uur en van 13.30 uur tot 16.00 uur via telefoonnummer polikliniek Chirurgie  (0183) 644205.

U kunt uw vragen ook stellen via de app BeterDichtbij
Via deze app kunt u eenvoudig en veilig contact hebben met de mammacare-verpleegkundige. Tijdens uw afspraak in het ziekenhuis vertellen wij u over deze app.

U kunt vragen ook via e-mail stellen
U kunt uw vragen ook mailen naar mammab1@rivas.nl. Wij proberen binnen 2 werkdagen te antwoorden.
Een e-mail is niet beveiligd. Contact via de app BeterDichtbij is daarom veiliger.

Contact over afspraken maken of administratieve vragen
Wilt u een afspraak maken of verzetten? Of heeft u administratieve vragen? De polikliniek is bereikbaar van 8.30 uur tot 11.30 uur en van 13.30 uur tot 16.00 uur via telefoonnummer polikliniek Chirurgie  (0183) 644205.