Anti-VEGF injectie in het oog
De behandeling
Deze folder informeert u over de behandeling met anti-VEGF injecties in het oog (intravitreaal). Deze folder geeft algemene informatie. Informatie over uw persoonlijke situatie krijgt u tijdens het gesprek met uw arts.
Er zijn enkele oogaandoeningen met macula-oedeem en/of bloedvatnieuwvorming waarbij een belangrijke groeifactor een rol speelt in het ziekteproces, VEGF genaamd.
Er zijn geneesmiddelen die de vaatlekkage en vaatnieuwvorming remmen door het blokkeren van de VEGF.
De aandoeningen die hiervoor met name in aanmerking komen zijn:
- Exsudatieve maculadegeneratie (de natte vorm)
- Veneuze occlusies (bloedvatafsluitingen)
- Diabetische retinopathie/macula oedeem (ernstige afwijkingen bij suikerziekte)
- Restgroep (bijvoorbeeld neovasculair glaucoom)
Informatie over het geneesmiddel
Op dit moment zijn er 3 gangbare anti-VEGF medicamenten op de markt:
- Bevacizumab (Avastin)
- Ranibizumab (Lucentis)
- Aflibercept (Eylea)
Avastin is door het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen of registratieautoriteit (EMA) niet officieel geregistreerd voor de behandeling van bovenstaande oogziekten. Dit noemen we daarom een off-label behandeling.
Het werd voor het eerst in 2006 op de Europese markt gebracht als aanvullende behandeling bij darmkanker (colorectale carcinomen). Onderzoek heeft uitgewezen dat remming van de groeifactor (VEGF) met behulp van intravitreale injecties ook vaatnieuwvorming en vaatlekkage in het oog afremt.
De behandeling met Avastin wordt in Nederland volgens het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap aangemerkt als verantwoorde zorg. Het wordt wereldwijd veel gebruikt en heeft een werkzaamheid die inmiddels wetenschappelijk bewezen is.
Onderzoek heeft aangetoond dat de werking van Lucentis en Avastin gelijk is.
Voor de behandeling
Voordat uw oogarts een behandeling met anti-VEGF injecties adviseert, heeft hij/zij uw ogen nauwkeurig onderzocht. Er wordt een Optical Coherence Tomography (OCT) gemaakt en eventueel een fluorescentie-angiogram (FAG).
- Een OCT is een niet belastend onderzoek waarbij een gedetailleerde afbeelding wordt gemaakt van de lagen van het netvlies en dus ook van de afwijkingen in uw netvlies.
- Bij een FAG wordt er een onschuldige kleurstof in een ader van de arm gespoten en kunnen de lekkende bloedvaten en de vaatnieuwvorming in het oog, tot in detail worden gefotografeerd.
Tijdens de behandeling
Voorafgaand aan de injectie wordt het oog met druppels zorgvuldig verdoofd, zodat u van de injectie meestal niets of weinig voelt. Bovendien worden er verdunde jodiumdruppels toegediend, zodat de kans op infectie minimaal is.
Er wordt een ooglidspreider geplaatst. De injectie wordt onder steriele omstandigheden aan de zijkant in het oog geïnjecteerd. Na de injectie krijgt u een verzachtend zalfje in het oog en eventueel een oogverband op, om wederom de kans op infectie zo laag mogelijk te houden.
U hoeft na de injectie geen oogdruppels te gebruiken, tenzij specifiek voorgeschreven.
U wordt afgeraden om na de behandeling zelf auto te gaan rijden gedurende de rest van de dag van de behandeling.
Na de intravitreale injectie kunnen de volgende onschuldige symptomen optreden:
- Roodheid/ bloedinkje van het oogwit
- Branderigheid en/of zandkorrel gevoel
- Bewegende vlekjes (dit is het ingespoten geneesmiddel)
Het vervolg
De aanbevolen behandelfrequentie is te starten met een oplaaddosis van meestal 3 injecties met ongeveer 4-6 weken tussen de injecties. Hierna komt u in het controletraject: er wordt weer een OCT gemaakt en u krijgt een afspraak bij de oogarts voor een onderzoek.
Wij houden een zogenaamd: "treat en extend protocol" aan (een gepersonaliseerd behandelplan). Hierbij worden de injecties gecontinueerd, maar wordt de tijd tussen de injecties steeds verlengd en afgebouwd. Als opnieuw vocht in uw netvlies ontstaat, wordt het interval tussen de injecties meestal weer korter. De oogarts zal dit met u bespreken.
Uw deelname is vrijwillig en u mag ten alle tijde besluiten om af te zien van de behandelingen.
Tijdsduur
De behandeling duurt totaal ongeveer 10 minuten. Daarna krijgt u een oogverband op en kunt u weer naar huis.
Na de behandeling
Soms kunt u na de behandeling wat vlokjes waarnemen die meebewegen met de oogebewegingen. U hoeft geen oogdruppels te gebruiken na de injectie, tenzij specifiek voorgeschreven.
Verdere behandeling
De aanbevolen behandelfrequentie is te starten met een oplaaddosis van 3 injecties per 4-6 weken. Na de oplaaddosis van 3 injecties vindt een herevaluatie plaats door de oogarts met OCT en oogonderzoek.
Wij houden sinds kort een zogenaamd gepersonaliseerd behandelplan aan. U krijgt dan nog steeds de injecties, maar de tijd tussen de injecties wordt steeds verlengd en afgebouwd. Indien opnieuw vocht ontstaat wordt de tijd tussen de injecties weer korter. De oogarts zal dit verder met u bespreken.
Mogelijke complicaties/risico's
Zoals bij iedere ingreep zijn er risico's verbonden aan de toediening met anti-VEGF injecties. Deze zijn:
- infectie in het oog
- verhoogde oogdruk
- bloedingen
- netvliesloslating
- hoge bloeddruk
- trombo-embolische afwijkingen (trombose neiging, bloedpropjes, hartinfarct, herseninfarct).
De complicaties zouden kunnen leiden tot een daling van het gezichtsvermogen. Gelukkig komen deze complicaties zelden voor.
Het is belangrijk dat u zich realiseert dat er dus enige onzekerheden zijn aan deze behandeling. Uw oogarts is echter van mening dat, zelfs als deze onzekerheden meegenomen zijn, een behandeling met VEGF-remmers voor u op dit moment een verstandige keus is.
Er treden weinig bijwerkingen op bij het toedienen van VEGF-remmers in het oog. De risico's, zowel voor het oog als voor het lichaam, zijn klein.
Contact
Bij welke klachten moet u direct contact met ons opnemen?
- Als u na de injectie hevige hoofdpijn krijgt.
- Als uw gezichtsscherpte sterk vermindert.
- Als u in de dagen na de injectie hevige pijn aan het oog krijgt.
- Bij toenemende roodheid van het oog of toegenomen lichtgevoeligheid.
- En natuurlijk bij alle andere klachten die u niet vertrouwt!
U kunt contact opnemen met de polikliniek oogheelkunde via telefoonnummer (0183) 644 355 of in het weekend met de dienstdoende huisarts.
Tot slot
Heeft u na het lezen van de folder nog vragen, dan kunt u het volgende telefoonnummer bellen: (0183) 644 355.
Of mailen naar: secretaresseoogheelkunde@rivas.nl